Mambasa is een van de grootste regio's van Congo die met het Ituri-regenwoud over een enorm rijke biodiversiteit beschikt. Maar wildstroperij en massale ontbossing voor landbouw, bedreigen de regio. De jonge boeren van Cacao Okapi kiezen voor een radicaal andere aanpak. En die kan je nu proeven in een Belgisch-Congolese gourmetchocolade van Veliche: Okapi 65.
"Een intense kruidige donkere chocolade, met smaken van specerijen en gedroogd fruit", zo wordt de chocolade aangeprezen op de website van Veliche. Verschillende chefs zijn alvast fan. "Deze smaakvolle en veelzijdige chocolade geeft een warm gevoel, vooral in combinatie met specerijen als kaneel, kruidnagel en peper. Combinaties met rood fruit zoals framboos en zwarte aalbessen doen de zuurgraad mooi opleven", getuigt de Nederlandse pattisier Peter Remmelzwaal die de chocolade verwerkt in zijn producten.
Achter deze reep, schuilt een heuse Congolese krachttoer.
Cacaoteelt bestaat nog maar sinds een vijftiental jaar in de regio, en is jaar na jaar toegenomen. "De boeren deden de verwerking van hun cacaobonen individueel”, vertelt Charles Kambale Kivalotwa, directeur van Cacao Okapi. “Daardoor kwamen cacaobonen van zeer uiteenlopende kwaliteit op de markt. De prijs die je daarvoor krijgt is navenant.” Daarenboven is de teelt op dit moment vooral in handen van oudere boeren. “Als jongeren niet betrokken zijn bij de landbouw, is de sector niet duurzaam.“
Jongeren verleiden voor landbouw, doe je door perspectief te geven. En dat perspectief biedt de jonge coöperatie Cacao Okapi, genoemd naar de bedreigde zebra-giraffe, waarmee de cacaotelers het beschermde regenwoud delen.
Of we die krachttoer van de koffie konden herhalen voor cacao? Na grondig studiewerk, was ons antwoord: ja.
Lydie Kasonia van Rikolto in DR Congo herinnert zich nog de eerste ontmoeting met Charles. “Hij had gehoord over de resultaten die we behalen met de 7500 koffietelers in de regio die Congolese kwaliteitskoffie op de wereldkaart zetten”, zegt Lydie. “Of we die krachttoer konden herhalen voor cacao”, luidde de vraag. Na grondig studiewerk, was ons antwoord: ja.”
De ervaring met koffie leerde dat de inkomens van boeren significant verhogen als eerst de kwaliteit wordt verbeterd, vooraleer je grotere volumes gaat verkopen. “Net als bij de koffie vroeger, wordt de cacao door een gebrek aan structuur en organisatie aan belachelijk lage prijzen verkocht.”
Die structuur kwam er op 1 oktober 2019. De dag van de officiële oprichting van Cacao Okapi, een coöperatie van 400 cacaoboeren.
Wat het team van Rikolto vooral over de streep trok om er samen voor te gaan, was de branie van Charles en de groep van jonge landbouwers rond hem. “Alles begint namelijk op het veld”, legt Charles uit. “Om kwaliteit af te leveren, is het bijvoorbeeld belangrijk dat je de cacaobomen regelmatig snoeit, de verschillende ziekten onder controle kan houden en de bonen zorgvuldig sorteert. Met onze opleidingen verhogen we de productie en verminderen tegelijk de druk op het regenwoud.”
Maar ook wat er na de oogst gebeurt, is bepalend voor de kwaliteit. “De eerste verwerking van de bonen gebeurt best zo dicht mogelijk bij de plantages van de boeren”, zegt Ndegho Mukomerwa van Rikolto. “Daarom organiseren we boeren rond cacaofermentatie- en droogcentra waar we de boeren zelf mee in laten investeren als aandeelhouder. Vier van zulke centra staan er al, maar er is een potentieel voor minstens 22.”
De doorgedreven focus op kwaliteit werpt zijn vruchten af. De cacao van Okapi behaalde in smaaktests een kwaliteitsscore van 88%; genoeg om het label ‘kwaliteitscacao’ te krijgen. En die score trekt de aandacht van chocoladebedrijven die de markt afspeuren naar topkwaliteit.
Met dank aan de steun van Alimento en Stichting Vivace!
Als jongeren niet betrokken zijn bij landbouw, is die niet duurzaam