De laatste 13 jaar van zijn carrière werkte Ivan Godfroid bij Rikolto aan de versterking van de landbouw in hartje Afrika: de Democratische Republiek Congo. In dit interview blikt hij terug op de ontwikkelingen in de waardeketen van rijst in Congo.
Hoe is je avontuur in Congo begonnen? Wat waren je eerste indrukken en wat zal je voor altijd bijblijven?
Ik werk al sinds de jaren tachtig in Afrika, maar pas in 2010 ben ik naar Oost-Congo verhuisd. Mijn eerste ervaringen met Congo waren helemaal anders dan wat ik elders in Afrika tegenkwam. De Congolezen hadden een diep inzicht in hun lokale context en hun vastberadenheid en verlangen naar sociaaleconomisch zelfbeheer waren enorm groot. Na decennia van verwaarlozing door de centrale overheid, namen ze uiteindelijk het heft in eigen handen en richtten verschillende basisorganisaties op. Die dynamiek inspireerde en beïnvloedde Rikolto dan weer: zou het niet mogelijk zijn om een hele nieuwe strategie te ontwikkelen, samen met boerenorganisaties als belangrijkste katalysatoren voor verandering?
Sinds 2014 richt Rikolto boerencoöperaties op en begeleidt ze gedurende enkele jaren. Zo kunnen ze voldoende middelen verzamelen, producten collectief verwerken en commercialiseren en eenvoudiger toegang krijgen tot landbouwdiensten. Om financieel onafhankelijk te kunnen zijn, moeten coöperaties namelijk de toegevoegde waarde zien te halen uit activiteiten zoals de verwerking en commercialisering van kwaliteitsproducten, en ze vervolgens doorgeven aan hun leden via plattelandsinvesteringen en -diensten.
Aanvankelijk waren de handelaars in de regio vrij sceptisch en bezorgd over potentiële nieuwe concurrenten. Kwaliteit weet de consument echter te overtuigen, beloont producenten, vergroot de markt en geeft alle actoren in de waardeketen nieuwe zakelijke kansen.
Geleidelijk aan ontstond in de organisatie een nieuw bewustzijn: wilden we een grotere impact maken, dan moesten we heel het voedselsysteem in het vizier nemen, zodat zowel landbouwers als consumenten voordeel halen uit onze aanpak.
Rijst is het gewas waarmee Rikolto al het langst werkt in Congo Kun je de evolutie beschrijven die je in de loop der jaren hebt zien gebeuren?
Ik herinner me nog de eerste keer dat ik naar de Ruzizi-vlakte in de provincie Zuid-Kivu ging. Wanneer we vroegen naar hun uitdagingen, antwoordde elke rijstproducent steevast: “We hebben geen markt voor onze rijst.” Ik kon het bijna niet geloven. Toen al woonden er naar schatting bijna 1 miljoen mensen in Bukavu, een stad die zo'n 45 km van de velden ligt. Aten de inwoners dan helemaal geen rijst? De marktanalyse die we uitvoerden, vertelde ons echter een heel ander verhaal: de markt werd overspoeld door geïmporteerde rijst uit Zuidoost-Azië. Lokale producten konden helemaal niet concurreren met die lage importprijzen. En hoewel Aziatische rijst bovendien oud, droog en smaakloos was, was het tenminste wel iets.
Het versnipperde landschap van vele kleine coöperaties, die enkel in naam leken te bestaan, vormde een grote uitdaging. Ze waren gewoonweg te klein om succesvol te zijn en werden verstikt door de concurrentie op de markt. We moesten hen motiveren om samen te werken en hen ervan overtuigen om niet alleen de productiekosten te verlagen, maar ook de kwaliteit van rijst te verbeteren om op die manier de consumenten van Bukavu voor zich te winnen.
Daarom lanceerde Rikolto voor het eerst een oproep tot mede-investeringen in de regio. Twee boerenorganisaties reageerden positief en kochten twee hoogwaardige rijstpellerijen. Een eerste stap in de goede richting waarmee we het vertrouwen van de boeren wisten te winnen, die op hun beurt dan weer de Wereldbank inspireerden om Rikolto aan te duiden als een van de uitvoerders van het PICAGL-project.
Het PICAGL-project (Great Lakes Integrated Agriculture Development) is een ambitieus initiatief dat wordt gefinancierd door de Congolese regering, met een lening van de Wereldbank. Het wil inclusieve zakelijke kansen creëren in de landbouwsector van Zuid- Kivu en Tanganyika. Wat heb je geleerd van het project, en wat heb je kunnen bereiken?
PICAGL bood een ongelofelijke kans om onze activiteiten op te schalen en onze systeemaanpak te bevestigen. We hadden enorm veel hoop gevestigd op het project, maar soms gaan dingen jammer genoeg niet zoals gepland. Naast de beperkingen van de COVID-19-pandemie, belemmerden de vele administratieve procedures de uitvoering van projectactiviteiten, die uiteindelijk pas in 2019 in plaats van 2016 van start gingen.
Dat UNOPS, de leverancier van de infrastructuur, geen nieuwe rijstvelden voor boeren zou kunnen vastleggen, was één grote misvatting. Onze aanhoudende vraag om componenten voor landbouwkrediet op te nemen voor de grootschalige toepassing van verbeterde teelttechnieken, werd bovendien volledig genegeerd. En, tot slot, werden de nieuwe machines om onze mechanisatie-aanpak te testen dit jaar pas geleverd, na jaren vertraging. Ondanks deze grote uitdagingen, bereikten we bemoedigende resultaten, wat laat zien dat we op de goede weg zijn:
Uit verschillende bijeenkomsten tussen alle actoren van de waardeketens ontstond na meer dan een jaar uiteindelijk het “Nyange Nyange”-kwaliteitslabel. Via een participatief proces ontwikkelden we een bedrijfsmodel waarbij een non-profitorganisatie de rijst van de coöperaties certificeert en zo de consument kwaliteit garandeert.
Die 100% lokale Congolese rijst wist de consumenten in Bukavu te overtuigen, die verrast waren door de verse en heerlijke smaak. De rijstcoöperaties en de groothandels werken nu nauw samen om ervoor te zorgen dat hun bedrijfsmodel het hele jaar door steeds grotere hoeveelheden gecertificeerde rijst aan de consumenten in de stad kan leveren.
Om de tekortkomingen van UNOPS aan te pakken, is Rikolto momenteel bezig met een minder dure, gemeenschapsgerichte “Smart Valley”-aanpak. De landbouwvelden worden door de boeren zelf aangelegd en er zijn bovendien minder investeringen nodig dan de uitgebreide waterbeheersingsinfrastructuur van de klassieke aanpak. De Zuid-Kivu en Tanganyika moedigen hopelijk andere provincies aan om dezelfde aanpak toe te passen.
We hebben ook voor vernieuwing op het veld gezorgd via de zogenaamde veldscholen voor boeren (Farmer Field School). Deze methode werd door de FAO ontwikkeld en is een unicum voor de regio. De boeren voeren experimenten uit op hun eigen veld, waarbij ze traditionele praktijken vergelijken met de door Rikolto voorgestelde praktijken (“Integrated Soil Fertility Management" - ISFM - en “System of Rice Intensification” - SRI). Hoewel aan het begin van het seizoen meer moet worden geïnvesteerd in inputs, zijn de productiekosten wel gedaald en is de opbrengst gestegen van gemiddeld 2 ton/ha naar 5 ton/ha.
Volgens het IPC-rapport van 2022 “heeft Congo het grootste aantal mensen ter wereld dat lijdt onder voedselonzekerheid”. Welke rol speelt de waardeketen van rijst in de strijd tegen voedselonzekerheid?
In de strijd tegen voedselonzekerheid moeten krachtigere acties worden genomen om lokale voedselsystemen te versterken en korte waardeketens te ontwikkelen. Een groeiende markt in de steden is een mooie kans om het inkomen van boeren te verhogen en tegelijkertijd een groot aantal consumenten toegang te geven tot duurzame, betaalbare en voedzame rijst. Die kans moeten we volop grijpen.
De rijstconsumptie is sterk geëvolueerd. 50 jaar geleden werd rijst helemaal niet zo vaak gegeten, enkel bij feestelijke aangelegenheden. Vandaag de dag is het de op één na meest geproduceerde graansoort van Congo en de consumptie ervan blijft toenemen. Naar schatting groeit de bevolking in de steden Bukavu, Goma en Butembo met zo’n 5% per jaar. Helaas zijn ze afhankelijk van voedselsystemen die zeer kwetsbaar zijn door allerlei problemen op globaal niveau:
In de landen die rijst exporteren, breiden de steden zich steeds verder uit waardoor de oppervlakte landbouwgrond er afneemt. En minder landbouwgrond, betekent minder export en dus ook minder opbrengsten.
Rikolto is sterk betrokken bij al haar projecten. Hoe lang we organisaties ondersteunen hangt zeker niet af van hoe lang we hen sponsoren: we bouwen aan duurzame relaties tussen en onder de actoren waarmee we samenwerken. Zo koopt de Bralima-brouwerij sinds 2010 haar ongepelde rijst van onze lokale boerenorganisaties. Die relatie heeft geleid tot een hoger inkomen voor de boeren en een betere toegang tot seizoenskrediet. Dat laatste is een lening die de bank enkel in een bepaalde periode (“seizoen”) van het jaar toekent omdat de inkomsten pas later op het jaar zullen binnenkomen.
De vraag van Bralima is echter beperkt tot 3 000 ton en de rijst wordt uitsluitend gebruikt voor de productie van hun bier. Om onze duurzaamheid te garanderen en consumenten voedzame en betaalbare voeding aan te bieden, hebben we ons bereik uitgebreid en treden we op verschillende fronten op:
Dit jaar heeft de nationale regering voor het eerst haar budget voor landbouw verhoogd. Historisch gezien is dat echter altijd onder de 2% gebleven, hoewel zo'n 70% van de beroepsbevolking in de landbouwsector werkt (USAID). Wat is de invloed van Rikolto en haar partners op overheidsinstellingen?
Rikolto is een partner van AfricaRice, een pan-Afrikaans expertisecentrum voor rijstonderzoek. Het centrum heeft al verschillende Afrikaanse regeringen ondersteund bij de opstelling van een nationale strategie voor de ontwikkeling van rijst. De eerste Congolese nationale rijststrategie was enorm ambitieus, maar werd uiteindelijk nooit een groot succes door een gebrek aan financiering en nationale betrokkenheid.
Een bijgewerkte versie, waaraan ook Rikolto heeft meegewerkt, is ondertussen klaar. Het zal belangrijk zijn om dezelfde fouten te vermijden. Door een gebrek aan politieke wil op nationaal niveau en omdat landbouw een gedecentraliseerd beleidsonderdeel is, focussen wij ons vooral op sterkere banden met provinciale overheidsinstellingen. Ondanks de politieke instabiliteit is er zeker ruimte voor positieve verandering.
We hebben strategische relaties opgebouwd op provinciaal niveau, waar uitvoeringseenheden van het PICAGL-project werden opgestart. Bovendien is Rikolto een van de oprichters van Agri-Congo. Dat is een informeel netwerk van ngo's dat federaties van boerenorganisaties op provinciaal niveau ondersteunt bij hun belangenbehartiging via CONAPAC, de nationale boerenfederatie. Zo is CONAPAC er onlangs in twee provincies in geslaagd om een fonds voor landbouwontwikkeling op te richten met belastingen op geïmporteerde voeding. De uitdaging nu is om ervoor te zorgen dat deze provinciale fondsen ook volledig worden uitgevoerd.
Als je een oproep kon doen aan de actoren van de rijstketen, wat zou die dan zijn?
De nieuwe nationale ontwikkelingsstrategie voor rijst is, zoals ik al eerder zei, eindelijk helemaal klaar. Zowel internationale als Afrikaanse experts hebben het document nagelezen en hun waardevolle inbreng gegeven. In maart 2023, enkele jaren na het begin van het nalezingsproces, werd een nationale validatieworkshop georganiseerd, waarbij CONAPAC de georganiseerde boerenbeweging vertegenwoordigde. De volgende stap zal zijn om een concreet actieplan op te stellen, voldoende financiële middelen te verzamelen (waaronder uit de nationale begroting van Congo) en dit plan op provinciaal en nationaal niveau te verantwoorden.
In DR Congo brengt Rikolto boeren aan tafel met overheden, afnemers, investeerders. Iedereen moet aan tafel want een duurzaam, veerkrachtig voedselsysteem bouw je niet alleen vanop je akker. Help ons stappen zetten, in DR Congo en de rest van de wereld door ons te steunen met een gift.
Kan je een goed boek aanraden aan onze lezers die dit complexe en fascinerende land beter willen leren kennen?
Jazeker, ik heb drie aanraders:
In deze aflevering van Het Recept van Rikolto onthult onze Indonesische collega Catur Utami Dewi hoe nieuwe partnerschappen een ommekeer teweegbrengen om rijstliefhebbers te voorzien van rijst die goed is voor mens en planeet.